Amir is terminaal ziek en woont in het asielzoekerscentrum (AZC) in Emmen. Terwijl Amir stervende is, heeft de kinderbescherming hem abrupt bij zijn ouders weggehaald en weten zij niet waar hij is, meldt het Dagblad van het Noorden.
Dat zegt advocaat Joancy Breeveld. Zij heeft namens de ouders een rechtszaak aangespannen tegen de uithuisplaatsing. Amir heeft de ongeneeslijke stofwisselingsziekte Fucosidose en is verstandelijk gehandicapt.
“Hij is vorige week zonder waarschuwing vooraf bij de ouders weggehaald”, zegt de advocaat. “Dat zou in het belang van het kind zijn, maar dat is beslist niet zo. Zijn ouders zorgen, met hulp van thuiszorg, al heel lang voor hem. Juist nu hij uitbehandeld is, is het belangrijk dat hij in de vertrouwde omgeving is, bij zijn familie.”
Waar het jongetje is, weet niemand. Waarschijnlijk zit hij in een verpleeghuis. “De ouders hebben Amir onlangs kort mogen bezoeken. Ze zijn toen in een geblindeerde auto naar die instelling gebracht. De ouders mogen de locatie niet weten. Waarom is ons niet duidelijk. De ouders zijn rustig, niet agressief.”
De argumenten zijn onder meer dat de huisvesting niet geschikt is om de jongen te verzorgen en dat de ouders overbelast zijn. “De instelling waar hij naar toe is gebracht, heeft misschien modernere hulpmiddelen, maar een verpleeghuis kan niet bieden wat de ouders kunnen bieden: warmte en herkenning,” zegt de advocaat.
Woensdag wordt de rechtszaak tegen de kinderbescherming in een besloten zitting in Assen behandeld. De ouders hopen dat ze hun kind weer in hun armen kunnen nemen, voordat hij overlijdt.
Bron: Dagblad van het Noorden
Volg ons:
